Je werkgever heeft een bedrijfsuitje geregeld: een speedboottocht. Afzeggen gaat natuurlijk niet, want je wilt je baas niet teleurstellen. Net wanneer je denkt de nieuwe Max Verstappen van de zee te zijn, komt die ene verschrikkelijke collega langszij en botst ‘per ongeluk’ tegen jouw boot: een gebroken arm is het gevolg. Je werkgever begint nu al aardig te zweten, want hij kan hier zomaar aansprakelijk voor worden gesteld.
Artikel 7:658 lid 1 BW bepaalt dat de werkgever verplicht is de lokalen, werktuigen en gereedschappen waarin of waarmee de werknemer de arbeid doet verrichten, op zodanige wijze moet inrichten en onderhouden als redelijkerwijs nodig is om te voorkomen dat de werknemer in de uitoefening van zijn werkzaamheden schade lijdt. Hij moet ook maatregelen treffen en aanwijzingen verstrekken. Een werkgever organiseert natuurlijk het liefst een spannende activiteit die iedereen zijn leven lang niet zal vergeten. Wanneer er echter een (bijzonder) risico op schade voor de deelnemende werknemers is, moet de werkgever op grond van artikel 7:611 BW zorgen dat die schade wordt voorkomen. Voor zover dit redelijkerwijs mogelijk is, natuurlijk.
“Maar een bedrijfsuitje is toch in je vrije tijd en niet tijdens het werk?“
Ik hoor het je al denken. Dit maakt dus niet uit wanneer deelname aan dit personeelsuitje verplicht wordt gesteld door de werkgever of wanneer het sterk wordt gestimuleerd. In principe is er een bepaalde ‘druk‘ om deel te nemen aan deze activiteit. Er is dan al snel sprake van ‘uitoefening van de werkzaamheden’. De werkgever kan dan aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade van de werknemer opgelopen tijdens deze activiteit. Soms is het echter niet duidelijk of een uitje nu wel of niet onder de verantwoordelijkheid van de werkgever valt. Dit kan het geval zijn wanneer de werkgever binnen de onderneming een activiteit organiseert waaraan de werknemers in hun privé-tijd vrijwillig kunnen deelnemen. Ook in dergelijke gevallen kan de werkgever echter onder omstandigheden aansprakelijk zijn op grond van het goed werkgeverschap.
Heeft de werkgever aan haar zorgplicht voldaan? Vraag is dan of deze speedboottocht duidelijk een gevaarlijke of risicovolle activiteit was. In een vergelijkbare zaak oordeelde de rechter dat dit hier dus wél het geval was. Daarbij kwam nog kijken dat de getroffen veiligheidsvoorzieningen onvoldoende waren om de werkneemster te beschermen tegen het letsel zoals zij dat had opgelopen. De kantonrechter was van oordeel dat de werkgever had moeten afzien van het organiseren van de speedboottocht óf erop had moeten toezien dat dit niet op een zodanige wijze gestalte zou krijgen als nu het geval was.
Ben je dus van plan om een bedrijfsuitje te organiseren? Denk van te voren goed na over de eventuele gevolgen. Wellicht is het ook handig om je hiervoor te verzekeren. Ben je een werknemer en twijfel je over de activiteit die jouw baas heeft gepland? Laat je juridisch informeren.